In deze lezing analyseert Kristof Smeyers de grote lijnen van de Belgische economische geschiedenis van de afgelopen honderd jaar. Aan het begin van de twintigste eeuw was 'België' een kwaliteitsmerk dat over de hele wereld geroemd werd: België was een land dat overal spoorwegen bouwde, naar hartenlust vrijhandelsakkoorden sloot en bovendien een heuse industriële grootmacht was, met een kolonie vol bodemschatten en met de haven van Antwerpen als uithangbord. Maar deze lezing is het verhaal van een trauma. In de twintigste eeuw stond België gekend als zieke man van Europa en als slechte leerling. De perceptie heerst dat het land achterop hinkt in de globale economie, en dat het nog steeds worstelt met de spoken van zijn verleden. Daarom kijkt deze lezing terug naar dat verleden: welk trauma heeft België precies opgelopen, en op welke manieren heeft het dat trauma in de voorbije decennia proberen te verwerken?'